Adviesraden Nederlandse stijl: conclusies zonder onderzoek

Onderwerp:
Adviesraden Nederlandse stijl: conclusies zonder onderzoek image
Afbeelding ‘Finger in the air’ van Adrian Scottow (CC BY-SA 2.0)
14 nov 2013
Adviescommissies als de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), de Onderwijsraad en de Adviesraad voor Wetenschap en Technologie (AWT) adviseren onze regering op basis van intuïtie, en negeren harde gegevens. Deze adviezen hadden daarom beter achterwege kunnen blijven, stelt hoogleraar Jan Bouwens.

Geen eigen onderzoek

Afgelopen week mocht de regering zich verheugen op een adviesregen. Drie chique adviesraden van onze regering scheidden hun rapporten af onder de titels: ‘Een smalle kijk op onderwijskwaliteit’ (Onderwijsraad), ‘Naar een lerende economie’ (WRR), en ‘Going Dutch: De kennissamenleving in internationaal perspectief’ (Adviesraad voor Wetenschap en Technologie; AWT). De onderwijsraad stelt dat de vorming van het kind is verschraald door de nadruk op taal en rekenen, de WRR wil investeren in goede opleidingen, goede mensen en veerkrachtige instituties. De AWT pleit voor een rijksbrede kennis- en innovatiestrategie te ontwikkelen. Alle drie de rapporten hebben als gemeenschappelijk kenmerk dat de conclusies en aanbevelingen niet werden gebaseerd op eigen onderzoek.

Laat ik er een advies uit lichten om het belang van eigen onderzoek toe te lichten; dat van de onderwijsraad. De onderwijsraad meent dat we in Nederland te veel de nadruk op rekenen en taal leggen. Dit zware gewicht zou ten koste gaan van andere vakken, algemene vorming en beroepspraktijkvorming. In het rapport wordt geen enkele berekening gewijd ter onderbouwing van deze stelling. Het lijkt toch van belang te zijn te weten of er sprake is van verbetering en wat de gevolgen zijn. Onderwijseconoom Brian Jacob vond in het onderwijsdistrict van Chicago dat rekenen en taalprestatie met 30%, repectievelijk 20% verbeterden nadat de overheid scholen dreigden met opheffing en hun leraren met ontslag. Ter ondersteuning van de mening van de onderwijsraad zag Jacob dat de leraren minder aandacht schonken aan andere vakken dan taal en rekenen. Het onderzoek van Jacob toont aan dat een beleid dat scholen en leraren sterker aanspreekt op prestaties een enorme vooruitgang teweeg kan brengen.

De onderwijsraad komt –op basis van onderzoek van het CITO- niet verder dan de constatering dat het reken- en taalniveau de afgelopen jaren niet is toegenomen. Gelet op dit povere resultaat dient zich de vraag aan: werden Nederlandse scholen dan onvoldoende aangesproken op verbetering?

En dan over de kern van het rapport de afbrokkeling van andere vakken ten gevolge van de aandacht voor rekenen en taal. De raad voert geen splinter bewijs aan voor de these dat de opgevoerde aandacht voor rekenen en taal ten koste is gegaan van andere vakken of de bredere ontwikkeling van de leerling. De afwezigheid van onderzoek gaf Staatssecrataris Dekker de gelegenheid om de hoofdstelling van het rapport te ontkennen. Als de commissie de facto gelijk heeft doet zo’n rapport daarom meer schade dan dat het iets oplevert!

Kennis niet gratis

Mutatis mutandis is dezelfde kritiek is van toepassing op de rapporten van de WRR en AWT. De drie rapporten komen op een tweede punt overeen, ze voeren alledrie een pleidooi voor kennisvergroting. De voordelen hiervan worden toegelicht, de kosten niet. Dat de AWT beter weet laat hun rapport uit agustus jl. zien. Hierin tonen ze met hulp van TNO aan dat we in Nederland tegen een toenemend tekort aan innovatieve technici aanlopen. Waarom dan nu een dergelijk licht stuk; moet de productie van rapporten omhoog? Dat brengt me op mijn laatste punt: we hebben geen drie dure commissies nodig om zonder gedegen onderzoek op dezelfde conclusie uit te komen.

Als het gaat om de ontwikkeling van kennisbeleid is serieus eigen onderzoek nodig naar de structuur van onze economie. De vragen die men moet stellen zijn: waar zijn we goed in en waarin niet en hoe kunnen we beter worden in waar we goed in zijn. Voorts zou de regering er goed aan doen adviezen te weigeren die niet werden gebaseerd op gedegen eigen onderzoek.

Dit artikel is eerder gepubliceerd in het Financieele Dagblad van 13 november 2013.

Te citeren als

Jan Bouwens, “Adviesraden Nederlandse stijl: conclusies zonder onderzoek”, Me Judice, 14 november 2013.

Copyright

De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.

Afbeelding
Afbeelding ‘Finger in the air’ van Adrian Scottow (CC BY-SA 2.0)

Ontvang updates via e-mail