Het Ierse ‘nee’: En nu plan B

Het Ierse ‘nee’: En nu plan B image

Afbeelding ‘We're Stronger With Europe’ van William Murphy (CC BY-SA 2.0).

19 jun 2008
De kosten en baten van EU-referenda zijn uit het lood geslagen wanneer het electoraat van een klein land Brussel en de nationale politieke partijen kan afstraffen tegen geringe kosten. Ierland vertegenwoordigt 1 procent van de EU, zodat 99 procent van de kosten door andere leden worden gedragen. Een radicale oplossing om de perverse prikkels in te dammen is: de andere leden moeten voorstellen om de ‘oude’ EU te verlaten en een ‘nieuwe’ EU te creëren met het Verdrag van Lissabon als grondslag. De Ieren moeten dan maar beslissen of ze nog meedoen of niet.

Iers 'nee'

Het officiële mantra na het ‘nee’ van Ierland komt er ongeveer op neer dat men zegt ‘laten we doorgaan met het ratificatieproces’. Deze gedragslijn brengt een hoog risico met zich mee omdat de Ierse vetomacht zal blijven doorzeuren, zelfs als alle andere 26 leden instemmen. Het Ierse electoraat weet dit en zal weinig aanleiding zien of geprikkeld worden om bij een tweede referendum anders te stemmen. Maar als dit tweede referendum in Ierland faalt, dan heeft de EU geen alternatief plan.

Het ‘nee’ van Ierland heeft een weeffout blootgelegd in de rechtsstructuur van de Europese Unie (EU). Simpel gezegd creëert de voorwaarde van unanimiteit een gigantisch extern effect: een ‘nee’ legt hoge kosten op aan alle andere leden. Het is echter voor het electoraat in ieder ander land, in het bijzonder in kleine landen, een rationele keuze om nee te stemmen. Ook kleine landen kunnen zo in één klap Brussel en hun eigen politieke partij afstraffen tegen geringe kosten.

Ierland vertegenwoordigt slechts 1 procent van de EU. De overige 99 procent van de kosten van een slecht functionerende EU wordt daarmee gedragen door de andere 26 leden. Geen enkel politiek systeem kan het lang volhouden wanneer de kosten en baten van politieke besluiten op lidstaatniveau volledig uit het lood zijn geslagen.

Het is daarom hoog tijd om de regels aan te passen en vast te leggen dat hervormingen van de EU niet kunnen worden tegengehouden door één land. Het blijven ratificeren van het Verdrag van Lissabon zal geen soelaas bieden, omdat dit een amendement is op het Verdrag van Nice en ook dat kan alleen maar doorgevoerd worden met de steun van alle 27 landen.

Verwijder het Ierse veto

Echter, door een kleine draai te geven aan de officiële gedragslijn kan de zaak volledig vlot getrokken worden. De oplossing voor de Ierse crisis kan eenvoudig zijn, als de andere landen echt overtuigd zijn van het te volgen pad. Bij de komende bijeenkomst van de Europese Raad (ook wel de Europese Top) kunnen de lidstaten de geconsolideerde tekst van akkoorden ondertekenen, een tekst die voortkomt uit de integratie van de amendementen van het Verdrag van Lissabon in de oude verdragstekst. (1) Deze geconsolideerde tekst is onlangs officieel gepubliceerd.

De Ierse regering kan echter geen handtekening onder een dergelijk akkoord zetten, omdat zijn bevolking er juist tegen gestemd heeft. Het is echter belangrijk om niet de indruk te wekken dat de andere EU-leden een land proberen uit te sluiten dat gedurende 35 jaar een succesvolle lidstaat is geweest en dat over het algemeen geen tekenen vertoont van Euroscepsis. Daarom moet de Ierse regering door de Europese Raad worden uitgenodigd om binnen afzienbare tijd protocollen (of ontsnappingsclausules) in te dienen, die het mogelijk maken voor de Ierse regering om de geconsolideerde tekst toch te ondertekenen. Daarnaast moet er redelijke zekerheid bestaan over het feit dat het volgende referendum een andere uitkomst oplevert.

In de tussentijd moet de geconsolideerde tekst door 26 lidstaten worden getekend (wellicht 25 als de Tsjechische regering vermoedt dat ratificatie moeilijk wordt). Dit hoeft niet veel tijd te kosten, omdat het geen verdere referenda vereist en alle 26 (wellicht 25) landen overtuigd zijn en het Verdrag van Lissabon willen ratificeren door middel van parlementaire procedures; 18 hebben dit al gedaan. In deze 18 landen moet het mogelijk zijn om een versnelde procedure te hanteren voor het instemmen met de geconsolideerde tekst. Deze tekst komt immers precies overeen met de inhoud van het Verdrag van Lissabon. De geconsolideerde tekst is echter juridisch gezien een nieuw verdrag omdat het een cumulatie is van alle voorgaande verdragen. Het enige verschil met de reeds geratificeerde tekst is dat het nieuwe verdrag één of twee handtekeningen minder bevat. De nationale parlementen van de 18 lidstaten kunnen daarom worden uitgenodigd om dezelfde inhoud nogmaals te (her)ratificeren met een versnelde procedure.

In de landen waar het ratificatieproces nog gaande is, kan de regering het parlement informeren dat het nu reeds mogelijk is om een geconsolideerde tekst te presenteren, die voortkomt uit het geamendeerde Verdrag, dat toch al werd overwogen. Dit zou de ratificatie niet onnodig moeten vertragen.

Een nieuwe EU: een explosieve optie

Op het moment dat alle 26 lidstaten het nieuwe akkoord hebben geratificeerd, kan het akkoord onmiddellijk in werking treden. Dit wordt bereikt als de ‘bende van 26’ haar lidmaatschap in de ‘oude’ EU opzegt. De 26 landen kunnen dit op elk moment doen omdat het EU Verdrag niet méér is dan een internationaal verdrag. De standaard bepalingen van het internationaal recht komen er op neer dat ieder land afstand kan doen van deelname naar eigen goedvinden. Op deze manier zou de geconsolideerde tekst niet meer en niet minder zijn dan het oprichtingsverdrag van de ‘nieuwe’ EU: een nieuw coherent verdrag dat in werking zou kunnen treden op het moment dat alle 26 lidstaten er mee instemmen. (2)

Echter, voor deze allesbepalende laatste (en explosieve) stap zou het niet meer dan netjes zijn voor de Ierse regering om een tweede referendum te houden. Dit referendum zou dan moeten draaien om een ander vraagstuk: de vraag of Ierland zich met de nieuwe EU zou willen verenigen, met het Verdrag van Lissabon in werking. Op het moment dat Ierland weer massaal ‘nee’ zou stemmen, zou dat betekenen dat Ierland de facto de EU verlaat. De rollen zijn dan echter omgedraaid: een Iers veto heeft niet langer effect op de rest van de EU-leden. De kosten van een tweede ‘nee’ worden in deze opzet grotendeels door de Ieren gedragen. Onder deze omstandigheden is het zeer waarschijnlijk dat Ierland er voor kiest om binnen de EU te blijven, zelfs als dit betekent dat men de essentie van het Verdrag van Lissabon moet accepteren (wellicht met wat additionele protocollen om gezichtsverlies te voorkomen).

Let wel, dit soort alles-of-niets strategieën werden ook toegepast toen de GATT (General Agreement on Tariffs and Trade) in 1994 veranderde in de WTO (World Trade Organization). Toentertijd stond dat bekend als een ‘Single Undertaking’. Het dwong ontwikkelingslanden, die tot dat moment naar eigen believen hun eigen GATT disciplines konden kiezen, tot een keuze: óf alle WTO disciplines óf geen één. Het laat zich raden dat zij voor de eerste optie kozen.

Voetnoten:

(1) De grondrechten van de EU staan in de Verdragen, i.e. het Verdrag van Rome (officieel het verdrag dat de oprichting van Europese Gemeenschap bevat) en het Verdrag van Maastricht (officieel het verdrag over de Europese Unie), zoals deze geamendeerd zijn bij de vele verdragen die zijn aangenomen sinds 1958. Nieuwe verdragen, zoals het Lissabon Akkoord, zijn een lijst van amenderingen en verwijderingen die van toepassing zijn op bestaande verdragen. Dit is ook meteen de reden waarom deze verdragen zo moeilijk leesbaar zijn. Een geconsolideerde tekst is een volledige tekst van het verdrag met alle amenderingen erin opgenomen en deze tekst maakt het vele malen makkelijker om te begrijpen wat een nieuwe wet betekent.

(2) Om nog meer risico’s te voorkomen zou het wenselijk zijn dat de geconsolideerde versie wordt vergroot met alleen maar één artikel die bepaalt dat het nieuwe verdrag in werking treedt (onder de groep die het heeft geratificeerd) op het moment dat het wordt geratificeerd door de overgrote meerderheid van de huidige bevolking van de lidstaten (bijvoorbeeld 9/10 lidstaten vertegenwoordigen op z’n minst 90 procent van de totale bevolking van 500 miljoen). Echter, dit zou op dit punt niet nodig hoeven zijn, omdat alle 26 landen zich hebben gecommitteerd om het Lissabon Akkoord te ratificeren en deze verandering zou een belangrijke wijziging van de huidige tekst betekenen, en daarmee het ratificatieproces vertragen.

Te citeren als

Daniel Gros, “Het Ierse ‘nee’: En nu plan B”, Me Judice, 19 juni 2008.

Copyright

De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.

Afbeelding

Afbeelding ‘We're Stronger With Europe’ van William Murphy (CC BY-SA 2.0).

Ontvang updates via e-mail