Beloon wetenschap vertalen naar praktijk

Beloon wetenschap vertalen naar praktijk image
De vaak gesuggereerde tegenstelling tussen fundamenteel en toegepast onderzoek is vals, stellen Mirjam van Praag, Camiel Selker en Paul Tang. Maar de prikkel van 'publish or perish' is te eenzijdig. Daarom moet de maatschappelijke betekenis van onderzoek een sterkere factor worden bij de toekenning van onderzoeksgelden. En onderzoeksinstellingen moeten wetenschappers motiveren meer in teams te werken.

Benutting wetenschappelijke kennis schiet tekort

Niet goedschiks dan maar kwaadschiks moet Maxime Verhagen gedacht hebben. Voor de zomer heeft hij geschreven dat “de samenwerking tussen onderzoekers en ondernemers nog steeds niet op orde [is] ondanks decennia van goede bedoelde ad-hocmaatregelen”. Na de zomer wil hij per topsector niet vrijblijvende samenwerking maar een duidelijk contract tussen kennisinstellingen en bedrijven. Maar hoe gelukkig of hoe vruchtbaar is een afgedwongen huwelijk waarin zeker één partner steeds aan een ander denkt?

Samenwerking tussen onderzoekers en ondernemers is hard nodig want Nederland heeft een hardnekkig probleem. Er is een gapend gat tussen het uitstekende onderzoek en de niet zo uitstekende toepassing, in de private of publieke sector. Door het gat tussen bedrijfsleven en kennisinstellingen te dichten, zullen investeringen van het Nederlandse bedrijfsleven in onderzoek en ontwikkeling toenemen. Nu zijn die relatief laag (lager dan in landen als Italië en Spanje) en dalend. Het is de sterke verwachting dat meer uitgaven aan onderzoek en ontwikkeling leiden tot meer innovatie en meer economische groei.

Maar onderzoekers in Nederland zijn niet gericht op samenwerking met ondernemers; de wetenschappers zijn gericht op publicaties en citaties in toptijdschriften. De beoordelingscriteria zijn in de afgelopen jaren uniform tot ‘publish or perish’ verworden. Er is geen waardering voor inspanningen om kennis te vertalen in maatschappelijke inzichten of commerciële toepassingen.

Tekenend voor de onwil van wetenschappers is de door de Jonge Academie uitgesproken vrees dat de focus op toepassing en samenwerking ten koste gaat van fundamenteel onderzoek. Onzin. De vaak gesuggereerde tegenstelling tussen fundamenteel en toegepast onderzoek is vals. Er zijn tal van internationale wetenschappelijke instellingen die vooraanstaand onderzoek combineren met een spilfunctie in het netwerk van maatschappelijke organisaties en bedrijven. Integendeel, bij deze topinstituten fungeert valorisatie juist als vliegwiel voor hoogwaardig onderzoek.

Meer in teams werken

Een contract zal niet voldoende zijn om samenwerking tussen onderzoekers en ondernemers af te dwingen. Twee ingrijpende veranderingen zijn daarom nodig. Om het gat tussen onderzoek en toepassing daarvan te dichten moet valorisatie in de eerste plaats een motiverend karakter krijgen. De oplossing ligt bij het HRM-beleid. Universiteiten en andere publiek gefinancierde onderzoeksinstellingen moeten carrières bieden waarin de toepassing van de ontwikkelde kennis verankerd is. Gedrag en competenties van wetenschappers wordt hiermee gestuurd. Het selecteren van relevant onderzoek is de sleutel tot succes. Door juiste selectie kunnen wetenschappelijke kwaliteit en praktische toepassing hand in hand gaan. Daarbij moet het HRM-beleid van universiteiten meer gericht zijn op teams van wetenschappers. Individuele wetenschappers kunnen niet zelf in zowel onderzoek als onderwijs als ontwikkeling excelleren. Alleen in een team kan rendabel geïnvesteerd worden in deze specifieke en zeldzame combinatie van competenties. De (financiële) waardering moet op teamniveau belegd worden, waardoor een valoriserende hoogleraar ook waardering krijgt voor succesvol (top)onderzoek binnen zijn team en andersom. De waardering verschuift van het individu naar de onderzoeksgroep.

Verdeling onderzoeksgelden

Ten tweede moet er een verdeling van onderzoeksgelden komen waarin valorisatie verankerd is. Dat geldt vooral voor de tweede geldstroom, die onder meer via NWO loopt. Momenteel is de aandacht voor valorisatie bij de selectie van onderzoeksvoorstellen beperkt tot de mogelijkheid voor de aanvrager om de maatschappelijke betekenis van het onderzoek te beschrijven. Ook in de eerste geldstroom, die van de rijksoverheid naar de universiteiten loopt, is valorisatie niet verankerd. Hiermee is de druk om te veranderen nagenoeg afwezig bij universitaire bestuurders. De druk van buiten is nodig om universiteiten van binnen te veranderen.

Twee ingrijpende veranderingen zijn nodig wil dit kabinet erin slagen om het gat tussen onderzoek en toepassing ervan te dichten. Zonder motivatie voor valorisatie zal het huwelijk tussen onderzoekers en ondernemers niet vruchtbaar en zeker niet gelukkig zijn. Zonder deze veranderingen hebben andere maatregelen uiteindelijk weinig impact. Dan wordt het gat niet kleiner en loopt Nederland een nog grotere achterstand op.

De auteurs zijn co-auteur van ‘Valorisatiemotivatie: carrières in de wetenschap’, een uitgave van het Innovatienetwerk en het Amsterdam Centre for Entrepreneurship.

Bron foto: Flickr.

Te citeren als

Mirjam van Praag, Camiel Selker, Paul Tang, “Beloon wetenschap vertalen naar praktijk”, Me Judice, 22 september 2011.

Copyright

De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.

Afbeelding

Ontvang updates via e-mail