Debat orgaandonatie
Eind deze maand debatteert de Eerste Kamer over het initiatiefwetsvoorstel
actieve donorregistratie (ADR). In de Tweede Kamer is het voorstel met de
kleinst mogelijke meerderheid aanvaard. Als het voorstel ook door de Eerste Kamer wordt aangenomen krijgen we een
systeem waarin mensen die niet reageren op de uitnodiging om aan te geven
of ze na overlijden wel of geen donor willen zijn als potentiële donor
worden geregistreerd. Dat is in vakjargon een opt-out systeem. Wordt het
voorstel verworpen, dan blijft ons huidige systeem bestaan. Iemand is geen
donor, tenzij hij of zij zich aanmeldt: een opt-in systeem.
Ieder systeem heeft impliciete boodschap
Nobelprijswinnaar Richard Thaler en zijn co-auteur Cass Sunstein hebben er
herhaaldelijk op gewezen dat keuze-architectuur niet-neutraal is. Dat geldt
ook voor de donorregistratie, zo blijkt uit gedragswetenschappelijk
onderzoek. Het meest bekend – en aanleiding voor het initiatiefwestvoorstel
- is dat in landen met een opt-in systeem, waar Nederland nu toe behoort,
het percentage geregistreerden vele malen lager is dan in landen waar je
geregistreerd bent als donor, tenzij je je afmeldt (opt out). Het
Science-artikel van Johnson en Goldstein (2003) getiteld “Do defaults save
lives?” was in dit opzicht baanbrekend. In een vervolgstudie concludeerden
Abadie en Gay (2006; zie ook Kooreman en Prast, 2007) op basis van een
multivariate analyse dat ook na correctie van mogelijk relevante
variabelen, zoals de overheersende religie van een land, het
donorregistratiesysteem van grote invloed is op het percentage inwoners dat
als potentiële donor geregistreerd staat.
Eén van de verklaringen voor dit zogeheten default- of standaardeffect is
dat veel mensen wel als donor geregistreerd willen staan, maar hun intentie
niet omzetten in gedrag. Dat laatste geldt trouwens niet alleen voor
donorregistratie maar ook voor bijvoorbeeld pensioensparen (Beshears en
anderen, 2008; Kooreman en Prast, 2007; Thaler en Sunstein, 2009). In een
opt-in systeem ‘krijgen’ deze mensen niet wat ze willen (namelijk meedoen),
in een opt-out wel.
Systemen beïnvloeden percepties
Maar er is meer dan alleen deze verklaring voor het effect van het
donorregistratiesysteem op gedrag. Het systeem beïnvloedt namelijk ook
percepties. Davidai en anderen (2012) vinden ten eerste dat mensen het
afstaan van organen na je dood als een veel zwaarwegender beslissing
beschouwen in een opt-in dan in een opt-out systeem. Ook blijkt uit hun
onderzoek dat mensen uit het systeem afleiden wat de aanbevolen keus is, en
wat politici zelf doen: niet-registreren bij een opt-in-, registreren bij
een opt-outsysteem. Het gekozen systeem, wat dat dan ook is, heeft invloed
op at mensen de beste keus vinden. In ons huidige systeem is de impliciete
aanbeveling: niet-registreren als donor. Daarnaast blijkt de
keuze-architectuur van invloed te zijn op hoe het afstaan van organen na je
dood in de perceptie van mensen scoort op een altruïsme schaal. In een
opt-in systeem als het huidige Nederlandse wordt doneren gelijk gesteld met
het nalaten van de helft van je vermogen aan een goed doel, terwijl het in
een opt-out systeem net zo altruïstisch wordt gevonden als iemand laten
voorgaan in een rij, of iets doen voor minder bedeelden.
Met het gekozen systeem, welk systeem dat ook is, geeft de wetgever dus een
impliciete boodschap over zowel de wenselijkheid van het registreren als
orgaandonor, als de mate van opoffering die het doneren vertegenwoordigt.
Enn hoe groter de gepercipieerde opoffering, hoe lager het percentage
geregistreerden.
Beide partijen donatie van belang
Recent onderzoek van onder andere Paul Slovic (Harel en anderen, 2017) laat
zien dat de bereidheid van mensen om een opt-out systeem -zoals het
wetsvoorstel bepleit - te steunen afhangt van wie er centraal staat in de
artikelen die ze over het onderwerp te lezen krijgen. Een artikel met de
gever als “hoofdfiguur” leidt tot een minder positieve attitude voor zo’n
systeem dan een artikel waarin de ontvanger centraal staat. Aangezien er -
althans in de data van Harel en anderen, voor Nederland is onderzoek gaande
- meer artikelen en opiniestukken verschijnen waarin de donor en diens
nabestaanden centraal staan dan stukken met de ontvanger en diens dierbaren
in de hoofdrol, hebben de media een zelfstandige invloed op de opinie, en
wel ten nadele van een opt-out systeem. Dit door Harel en anderen gevonden
effect zou ook kunnen verklaren waarom mensen die in hun omgeving iemand
(meegemaakt) hebben die een orgaan nodig hadden – en dat hpeft niet eens
een naaste te zijn, een medepatiënt in hst ziekenhuis “telt” ook al –
positiever staan ten opzichte van een opt-out systeem. Dat er meer
artikelen verschijnen met nadruk op de donor is bezien vanuit de
statistieken overigens interessant, want de kans om op een wachtlijst te
komen voor een donororgaan is veel groter dan de kans om te overlijden op
een manier die geschikt maakt om te doneren.
Ons huidige systeem ontmoedigt het registreren als donor. Het is aan de politiek om hiermee rekening te houden.
Volgens Bazerman en Moore (2013) vereist een weloverwogen keus ten aanzien
van steun voor het ene of andere systeem dat beide kanten, die van donor en
ontvanger, worden belicht. Voorbeeld is de volgende formulering. Wat heeft
u liever: (a) u wordt begraven met al uw organen, en als u zelf een orgaan
nodig hebt is de kans klein dat er tijdig een orgaan voor u beschikbaar is,
of (b) als u overlijdt worden zo mogelijk uw organen gebruikt om een of
meer levens te redden, en als u zelf een orgaan nodig hebt is de kans groot
dat dat beschikbaar is. Hieraan zou voor de volledigheid nog moeten worden
toegevoegd de kans dat een geregistreerde donor daadwerkelijk organen zal
doneren. In de praktijk zien we echter dat deze twee kanten van de 'orgaandonatiemedaille' zelden gezamenlijk belicht worden.
Huidig systeem ontmoedigt donatie
Vanuit de gedragswetenschappen is de boodschap dan ook dat geen enkel
donorregistratiesysteem neutraal is. Gedrag wordt rechtstreeks en indirect
(via perceptie en gepercipieerde norm) beïnvloed door het heersende
systeem. Ons huidige systeem ontmoedigt dan ook het registreren als donor.
Het is aan de politiek om hiermee rekening te houden.
Referenties:
Abadie, Alberto en Sebastien Gay (2006), The impact of presumed consent
legislation on cadaveric organ donation: A cross-country study, Journal of
Health Economics 25, 599-620
Bazerman, Max en Don Moore (2012), Judgment in managerial decision making, 8 th edition, Wiley Publishers
Davidai, S., T. Gilovich en L. Ross (2012), The meaning of default optionsfor potential organ donors, Proceedings National Academy of Science 109
(38), 15201-15205
Harel, I,, T. Kogut en P. Slovic (2017), Effect of mediapresentations on willingness to commit to organ donation, Proceedings
National Academy of Science 114 (20), 5159-5164
Johnson, E. en D. Goldstein (2003), Do defaults save lives? Science 302,
1338-1339,
Kooreman, P. en H. Prast (2007), What does behavioral economic simply for policy? Challenges to savings and health policies in the Netherlands, Netspar Panel Paper, Tilburg.
Thaler, R. en C. Sunstein (2009), Nudge – Improving decisions about health, wealth and happiness,
Yale University Press.
Te citeren als
Henriëtte Prast, “Huidig systeem ontmoedigt donorregistratie en daarmee het redden van levens”,
Me Judice,
16 januari 2018.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Afbeelding ‘Red echo’ van Oli4.D (CC BY-NC-ND 2.0).