Maakt het voor CEOs uit waar hun wieg heeft gestaan?

Maakt het voor CEOs uit waar hun wieg heeft gestaan? image

Afbeelding ‘Valscrapbook’ van Wicker Paradise (CC BY 2.0).

Het is een bekend gegeven dat waar je geboren bent een voorspellende waarde heeft voor welke schoolkeuzes je maakt en welke prestaties je levert; en beide beïnvloeden op hun beurt weer je levenskansen. Maar geldt deze ongelijkheid ook voor managers en hun kansen om de uiteindelijke toppositie in een organisatie in te nemen? Om die vraag te kunnen beantwoorden hebben de Groningse onderzoekers Garretsen, Stoker en Alessie de proef op de som genomen voor CEOs in de VS, Frankrijk, Duitsland en Nederland. Waar en wanneer je geboren bent, blijkt van belang om CEO te worden. Met andere woorden: ook voor leidinggevende posities maakt het uit waar je wieg staat.

Gelijke kansen

In een samenleving waarin iedereen letterlijk gelijke kansen heeft, doen alleen individuele kwaliteiten ertoe en speelt afkomst geen rol. Zaken als wie je ouders zijn, waar je opgroeit of naar welke school gaat, maken echter in de praktijk wel uit voor je toekomstkansen. Economen, sociologen en andere sociale wetenschappers weten sinds jaar en dag dat het er in sterke mate toe doet waar je wieg heeft gestaan. In Nederland wordt er bijvoorbeeld van oudsher veel onderzoek gedaan naar de allesbepalende rol van (basis)onderwijs (zie bijvoorbeeld het werk van sociologen als Herman van der Werfhorst en economen als Hessel Oosterbeek ). Recent onderzoek laat zien dat het type buurt sterk van invloed is op basisschool-prestaties. Bovendien laten studies zien dat de schoolkeuze niet alleen een grote invloed heeft op de verdere ontwikkelingskansen, maar ook dat het belang van deze keuze en daarmee het verschil tussen scholen steeds groter wordt. Dit geeft inmiddels aanleiding tot allerlei vragen en zorgen bij beleidsmakers en politici. Hierin staat Nederland overigens bepaald niet alleen. Sterker nog, de ongelijkheid van kansen en de daarmee samenhangende sociale immobiliteit is in andere landen vaak aanmerkelijk groter. Zeer recent werd bijvoorbeeld voor het VK vastgesteld dan de kansenongelijkheid alleen maar groter wordt, en dat kinderen uit sociaaleconomische achterstandsgebieden op allerlei terreinen vanaf hun prille jeugd op achterstand staan. In baanbrekend onderzoek voor de VS komen Raj Chetty en zijn co-auteurs tot soortgelijke conclusies ( Bell et al., 2017 ).

Gelijke mogelijkheden?

Het onderzoek van Chetty c.s. is gebundeld in het ‘Equality of opportunity’-project en is onder meer baanbrekend door de kwaliteit van de gebruikte data. Een uitspraak over de vraag of twee kinderen later in hun leven evenveel kansen of mogelijkheden hebben op een goede gezondheid of een bepaalde baan, vergt idealiter bijvoorbeeld dat persoons- en omgevings-specifieke kenmerken precies van elkaar kunnen worden gescheiden. Door gebruik te maken van zeer grote en verfijnde datasets met persoonsdata slagen zij hierin. Ze laten niet alleen zien dat het in de VS fors (en in toenemende mate!) uitmaakt waar je ‘wieg’ heeft gestaan, maar ook hoeveel beter een kind uit een ‘slechtere’ buurt af zou zijn als het zou opgroeien in een ‘betere’ buurt.

Het meest recente voorbeeld van hun onderzoek gaat over het leven van ruim 1 miljoen uitvinders in de VS. Het blijkt dat verschillen in aanleg (gemeten via de wiskunde-score per kind in hun 3rd grade) zeer weinig verklaringskracht hebben, daar waar het verklaren van innovatief gedrag, gemeten aan de hand van patenten, later in het leven betreft. Veel belangrijker in het verklaren van innovatief gedrag zijn het inkomen van ouders, etniciteit en gender. Maar bovenal tikt het voor de individuele uitvinderkans zwaar aan of een kind opgroeit in een gebied met uitvinders. Dit sterk positieve effect van blootgesteld worden aan een omgeving waarin uitvindingen vaker voorkomen, geldt niet alleen voor de kans om zelf ook uitvinder te worden (zie figuur 1) maar zelfs voor het type uitvindingen. Zoals figuur 1 laat zien, maakt het voor de kans om uitvinder te worden aanzienlijk uit of een kind, ceteris paribus, opgroeit in San Jose (in Silicon Valley dus!) of in Brownsville, Texas.

Figuur 1: Verband tussen het aantal patentaanvragen van kinderen die in een bepaald gebied opgroeiden (Y-as) en het percentage patentaanvragen van volwassenen in datzelfde gebied in de VS (X-as)

Bron: Bell, Chetty, Jaravel, Petkova, en Van Reenen (2017); CZ= commuting zone

De wieg van de CEO

Geïnspireerd door dit type onderzoek over het belang van waar je wieg heeft gestaan, en ook door recent onderzoek (zie bijvoorbeeld Bernile, Bhagwat en Rau, 2017) waarin wordt aangetoond dat de ervaringen die CEOs in hun kinderjaren meemaken mede bepalend zijn voor hun latere (risico) gedrag, hebben wij data verzameld over CEOs en hun geboorteplaatsen. Meer specifiek hebben we voor de VS, Frankrijk, Duitsland en Nederland in de uiteindelijke data set voor zo’n 1.500 CEOs hun geboorteplaats en geboortejaar weten te achterhalen. Dat laatste is niet moeilijk te vinden want deze informatie is vaak beschikbaar via jaarverslagen en dergelijke. De geboorteplaats hebben we via LinkedIn, Wikipedia en andere openbare bronnen getraceerd.

Onze basisvraag is daarbij eenvoudig: als het er totaal niet doet waar en wanneer je geboren bent, dan zou de verdeling van CEOs een perfecte 1-op-1 afspiegeling moeten zijn van de relatieve omvang van ‎de bevolking van de geboorteplaats van de CEO in zijn of haar geboortejaar. Met andere woorden, voor elk geboortejaar verwacht je dat de kans dat een CEO die in dat jaar is geboren in de gemeente Amsterdam hoger is dan dat die CEO geboren is in de gemeente Onderdendam (in Noord-Groningen). Het eventuele verschil zou dan dus alleen maar terug te voeren moeten zijn op het feit dat Amsterdam meer inwoners had dan Onderdendam in dat jaar. In dat geval doet het er blijkbaar voor je ‘CEO-kans’ niet toe waar je wieg heeft gestaan. Als het er daarentegen juist alles toe zou doen waar je bent geboren, indachtig het hierboven genoemde onderzoek van Chetty et al., dan zou je verwachten dat de relatieve bevolkingsomvang geen enkele voorspellende waarde heeft, omdat het om heel andere zaken gaat die maken dat een persoon uiteindelijk succesvol carrière maakt en CEO wordt.

Overigens zou het natuurlijk ook uit kunnen maken of iemand in Amsterdam-Zuid of in Amsterdam-Bijlmer is geboren, net zo goed als het feit dat iemand elders kan opgroeien dan in zijn of haar geboorteplaats. De aanname in dit onderzoek is echter dat het gemeenteniveau samen met de geboorteplaats – dus waar en wanneer je geboren bent - relevant is voor het bepalen van de kans om CEO te worden.

Resultaten voor Nederland, Duitsland, Frankrijk en de VS

Onze resultaten laten een duidelijk beeld zien. We hebben eerst gekeken naar de simpele relatie tussen het aandeel van CEOs per gemeente per geboortejaar (als aandeel van het totale aantal CEOs uit dat jaar) versus de relatieve bevolkingsomvang van die gemeente in dat jaar ten opzichte van de nationale bevolkingsomvang in dat jaar. Dat zou immers de meest voor de hand liggende, en ook meest ‘eerlijke’ variabele zijn in het voorspellen van de kans om een CEO te worden: de locatie van de wieg doet er in die situatie dus niet toe, want grotere plaatsen leveren dan naar verhouding meer CEOs.

Het maakt ook voor CEOs wel degelijk uit waar hun wieg heeft gestaan. Dus of het nu om kinderen op de basisschool, uitvinders of leiders van grote bedrijven gaat, je afkomst doet er wezenlijk toe.

We vinden inderdaad in eerste instantie een positieve relatie tussen beide variabelen. Anders gezegd, Amsterdam levert inderdaad meer CEOs dan Onderdendam. Idem levert New York meer CEOs dan, zeg, Kansas City. Maar, let op, we vinden geen 1-op-1 of perfecte correlatie: het effect is minder sterk dan je puur en alleen op grond van het bevolkingsverschil zou verwachten. Dit impliceert dat de kans om CEO te worden óók van andere factoren afhangt dan de relatieve omvang van je geboorteplaats. Figuur 2 laat ter illustratie voor onze veruit grootste deelsteekproef, de CEOs uit de VS, de relatie zien tussen het aandeel van de CEOs per locatie (in casu US counties) per geboortejaar (op y-as) afgezet tegen het aandeel van die locatie in de totale bevolkingsomvang van de VS in dat jaar (x-as). Er is sprake van een significant positief verband: relatief bevolkingsrijkere locaties leveren inderdaad door de tijd heen meer CEOs. Maar zoals de lijn laat zien, is er zeker niet sprake van een 1-op-1 effect.

Figuur 2: Verband tussen aandeel CEOs per locatie met aandeel locatie in totale bevolkingsomvang, Verenigde Staten

Enkelvoudige regressie met aandeel CEOs uit VS per county per geboortejaar in de totale CEOs uit dat geboortejaar als afhankelijke variabele, en het aandeel van bevolking van de county in totale bevolking in VS in dat jaar als onafhankelijke variabele (t-waarde= 5.91; regressiecoëfficiënt =1,47; R 2 =0.085; n=1023). De totale steekproef in het onderzoek omvat naast de 1023 CEOs voor de VS ook 200 Franse CEOs, 208 Duitse CEOs en 65 Nederlandse CEOs.

 

Op het moment dat we, net als Chetty en de zijnen, echter expliciet rekening houden met het feit dat afkomst, d.w.z. waar en wanneer de latere CEO is geboren, er mogelijk ook via andere kenmerken dan de relatieve bevolkingsomvang van de geboorteplaats in het geboortejaar toe doet [1] , dan heeft de relatieve omvang van de geboorteplaats ten tijde van de geboorte evenwel geen enkele voorspellende waarde meer. Kortom, als rekening wordt gehouden met de mogelijkheid dat, in tegenstelling tot figuur 2, naast de relatieve bevolkingsomvang van de geboorteplaats in het geboortejaar van de latere CEO, ook andere factoren de geboorteplaats of het geboortejaar meer of minder geschikt maken als broedplaats voor CEOs, dan doet het bevolkingsverschil tussen locaties er in het geheel niet meer toe ter verklaring van de CEO kans. Blijkbaar zijn het dus andere zaken dan de relatieve bevolkingsomvang, die bepalen of een bepaalde plek in combinatie met een bepaald geboortejaar gunstig is als wieg-locatie voor latere CEOs. Zo bezien doet ook voor CEOs afkomst er zeker toe!

Is afkomst ook bestemming?

In tegenstelling tot veel onderzoek naar ongelijke kansen dat tot nu toe is uitgevoerd, hebben wij juist onderzocht of afkomst er ook toe doet voor uiterst succesvolle mensen, te weten CEOs van beursgenoteerde bedrijven. Het stereotype beeld van de self-made man - waar we met name in de VS vaak voorbeelden van zien á la Donald Trump als zelfverklaard genie (Trump & Schwartz, 2009) - die los van afkomst de ‘top’ bereikt, wordt door onze bevindingen ontkracht. Het maakt ook voor CEOs wel degelijk uit waar (en wanneer daar) hun wieg heeft gestaan. Dus of het nu om kinderen op de basisschool, uitvinders of leiders van grote bedrijven gaat, je afkomst doet er wezenlijk toe. Aangezien wij natuurlijk niet beschikken over de volledige levensloop van de CEOs uit onze steekproef, kunnen wij niet zoals Chetty et al. (2017) precies nagaan welke omgevingskenmerken dan wel van invloed zijn op de kansen voor iemand om CEO te worden. Het ligt echter voor de hand om ook voor CEOs te denken aan vergelijkbare factoren als bij uitvinders, zoals sociaal-economische status van ouders, etniciteit, gender, in combinatie met de locatie waar de CEOs zijn opgegroeid.

Voetnoot:


[1] In de schattingen gebeurt dit door het opnemen van fixed effects voor zowel de geboorteplaats áls het geboortejaar.

Referenties

Bell, A. M., Chetty, R., Jaravel, X., Petkova, N., & Van Reenen, J. (2017). Who Becomes an Inventor in America? The Importance of Exposure to Innovation (No. w24062). National Bureau of Economic Research, Cambridge, MA.

Bernile, G., Bhagwat, V., Rau, P. R. (2017) What Doesn't Kill You Will Only Make You More Risk‐Loving: Early‐Life Disasters and CEO Behavior. The Journal of Finance, 72: 167-206.

Trump, D. J., & Schwartz, T. (2009). Trump: The art of the deal. Ballantine Books.

Te citeren als

Harry Garretsen, Janka Stoker, Rob Alessie, “Maakt het voor CEOs uit waar hun wieg heeft gestaan?”, Me Judice, 24 januari 2018.

Copyright

De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.

Afbeelding

Afbeelding ‘Valscrapbook’ van Wicker Paradise (CC BY 2.0).

Links

Ontvang updates via e-mail