Inflatie opvijzelen
Het leven wordt goedkoper in de negentien eurolanden, zo meldde het statistiekbureau Eurostat afgelopen maand. Het prijsniveau voor consumenten is in
februari van dit jaar met 0,2 procent gedaald ten opzichte van een jaar eerder. Dat is grotendeels te danken aan de lage olieprijs. Bij structurele
prijsdalingen wordt er ook wel gesproken van deflatie. Dat geldt als een grote bedreiging voor de economische groei. Omdat het moeilijker wordt om schulden
af te lossen, zullen bedrijven geneigd zijn investeringen uit te stellen. De Europese Centrale Bank (ECB) probeert daarom al maanden het lage
inflatieniveau op te vijzelen door op grote schaal schuldpapier op te kopen. Daardoor komt er meer geld in omloop, wat de vraag naar goederen en diensten
zou moeten stimuleren.
Door de aanhoudende malaise op de oliemarkt lukt het de ECB echter niet de inflatie structureel te laten oplopen. Er is volgens de wetenschappelijke
definitie geen sprake van deflatie. Dat is namelijk een proces van aanhoudende prijsdalingen, die tot uiting komen in bijvoorbeeld arbeidscontracten of
leveranties. Een negatief inflatiecijfer gedurende twee of drie maanden, valt niet als deflatie te omschrijven. Als je de kerninflatie neemt zonder de
energie- en voedselprijzen, zit je wel degelijk in een situatie met een kleine inflatie. Op zichzelf zijn de lage olieprijs, de lage energieprijzen en de
lage inflatie juist heel goed voor de economie. Het geeft een impuls aan de bestedingen. Dus ik zie allerminst een proces van deflatie.
Minder krediet
Wel is het zo dat de schulden van banken, huishoudens en het midden-en kleinbedrijf nog te hoog zijn. Het afbouwen daarvan kost tijd. Het is daarom zeer
ongelukkig dat de ECB tot een verdere opkoop van staatsobligaties (Quantitative Easing, QE) heeft besloten. Sommigen menen dat we nog verder in de
negatieve domeinen qua stallingsrente en QE zouden moeten toetreden. De stallingsrente (deposit rate) is inmiddels verlaagd tot -0,4 procent. De banken
zullen deze negatieve stallingsrente niet doorberekenen in hun spaartarieven en worden daardoor haast wel gedwongen om hun marges op hypothecaire leningen
en kredieten aan het midden- en kleinbedrijf verder te vergroten. De banken gaan dus niet meer krediet maar juist minder krediet verlenen.
Duiven en haviken in ECB
Een verdere ophoging door de ECB van het opkoopprogramma van staatsobligaties en zelfs bedrijfsobligaties van 60 tot 80 miljard euro per maand zal ook niet
helpen. ECB-president Draghi en de duiven in het ECB-bestuur denken dat de auto vanzelf in beweging komt als zij maar meer gas geven, terwijl de koppeling
van de auto niet werkt. De haviken in het ECB-bestuur zoals Bundesbank-president Jens Weidmann en DNB-president Klaas Knot zien dat heel goed in, maar
worden in het ECB-bestuur gewoonweg overstemd door de centrale bankpresidenten van de zuidelijke eurolanden die daarin de meerderheid hebben. De zuidelijke
eurolanden kunnen door QE relatief goedkoop lenen op de kapitaalmarkt en worden daardoor niet gedwongen om de noodzakelijke structurele hervormingen door
te voeren. De Franse president Hollande en de Italiaanse premier Renzi leunen genoegzaam achterover, terwijl de ECB de kastanjes voor hen uit het vuur
haalt.
Conclusie
QE is in Europa bovendien minder effectief dan in de Verenigde Staten, waar de kwantitatieve verruiming via de kapitaalmarkt verloopt en niet -zoals in de
eurozone - via de kredietkanalen van de banken. In de eurozone komt QE alleen maar in de prijzen van obligaties en aandelen tot uitdrukking die door het
ECB-beleid volledig gemanipuleerd en verstoord zijn. Daarnaast is het ECB-beleid verre van neutraal en resulteert het in een omvangrijke herverdeling van
spaarders (en gepensioneerden) naar schuldenaren, van noordelijke eurolanden (Duitsland, Finland en Nederland) naar zuidelijke eurolanden (Frankrijk,
Griekenland, Italië, Portugal en Spanje). Dit is nooit de bedoeling van de Economische en Monetaire Unie geweest en hiermee overschrijdt de ECB duidelijk
de grenzen van haar mandaat. Ten slotte vraag ik mij steeds meer af wanneer en hoe het ECB-bestuur QE denkt te gaan afbouwen. Eens moet er toch een einde
komen aan dit bizarre beleid. Ik vrees dat de auto (inflatie) die dan op gang is gekomen niet te beheersen is en uit de bocht vliegt.
* Dit artikel is in licht gewijzigde vorm eerder verschenen op Jalta van 11 maart 2016
Te citeren als
Sylvester Eijffinger, “De Europese Centrale Bank overschrijdt met bizar beleid haar mandaat”,
Me Judice,
11 maart 2016.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Afbeelding ‘Tête-à-tête-à-tête-à...’ van Nancy Regan (CC BY-NC 2.0)