Wie bewaakt de kwaliteit van economische adviezen?

Wie bewaakt de kwaliteit van economische adviezen? image

Afbeelding ‘Monument Thorbecke’ van Roel Wijnants (CC BY-NC 2.0).

22 dec 2017
De economische crisis en het daaropvolgende anti-crisisbeleid heeft tot een crisis in de economische wetenschap geleid. Vele economen bevinden zich volgens de Utrechtse econoom Keizer echter nog in de fase van ontkenning. En op vele andere terreinen worden er nog steeds volgens hem systematische fouten gemaakt, fouten die het gevolg zijn van irrationeel gedrag, zo kenmerkend voor mensen. Wetenschappelijk opgeleide mensen hebben de bijzondere verantwoordelijkheid om hun eigen irrationaliteit onder ogen te zien. Hun beroepsvereniging kan hier goed werk doen door pluralisme in visies en analyses na te streven

Verantwoording afleggen

Bankiers, accountants en advocaten hebben een beroepsvereniging. Als er in de maatschappij groeiende onvrede bestaat over hun functioneren, is er in ieder geval een aanspreekpunt. Deze structuur werkt op dit moment niet goed, maar er is in ieder geval een plek waar mensen hun onvrede kunnen uiten, en waar de professionals collega’s kunnen ontmoeten om er gesprekken mee aan te gaan. Economen echter, worden nergens op aangesproken. Als het IMF langzaam maar zeker ontdekt hoe fout ze zaten in het dossier Griekenland, wordt er geen verantwoording over afgelegd. De staf geeft het toe, maar het bestuur weet als het ware van niets. Als de president van het De Nederlandsche Bank opmerkingen maakt over de noodzaak van belastingverlaging en loonsverhoging is er geen goed functionerend platform waar de beroepsgroep de man ter verantwoording kan roepen. Als fiscaal economen bij de Belastingdienst de ene na de andere geheime ‘ruling’ construeren is er geen geen platform waar de collega’s deze mensen kritische vragen kunnen stellen. Als de overheid onderwijsprogramma’s in de economie laat evalueren, zijn de procedures en de keuze van mensen die zich daarmee bezighouden  niet transparant. Als economen in de praktijk - denk aan CPB, CBS, DNB, of de ministeries - beweringen doen, wordt daar nooit verantwoording over afgelegd.

Alle genoemde instituten staan onder zware druk van belangengroepen, waardoor hun teksten belangrijke vertekeningen bevatten. Een beroepsvereniging, mits democratisch georganiseerd, vormt dan een welkome tegenkracht. De Koninklijke Vereniging voor de Staathuishoudkunde (KVS) heeft sinds de opheffing van de Vereniging voor Institutionele en Politieke Economie (VIPE) in 2016 het monopolie ten aanzien van het beroep ‘econoom’. Het is als het ware een gilde geworden, hetgeen niet alleen prestige betekent, maar ook verplichtingen met zich brengt. De vraag is natuurlijk hoe de KVS van dienst kan zijn om de kwaliteit van de econoom en zijn/haar adviezen te bewaken. Elders op deze site (Keizer, 2008, 2016) heb ik al aandacht besteed aan voorbeelden van gebeurtenissen, waar iedere rechtgeaarde econoom zich voor schaamt, maar voor de gedachtebepaling is het goed om twee voorbeelden hier te noemen. Daarna gaan we in op de vraag wat de KVS kan doen.

Casus 1: crisis

De crisis van 2008 is veroorzaakt doordat vele financiële instellingen nauwelijks buffers meer hadden. Post-Keynesianen hebben hier vaak voor gewaarschuwd. Maar universiteiten, media en politiek hebben zich de afgelopen decennia in toenemende mate afgekeerd van mensen, die zich kritisch uitlaten over bestaande praktijken. Voor de anti-crisispolitiek geldt hetzelfde. Omdat er geen platform meer is waar economen met elkaar in permanente discussie zijn, is de praktijk de uitkomst van een machtsstrijd – gewonnen door neoklassiek-georiënteerde kwantitatieve economen. De onderwijsprogramma’s – HAVO, VWO, HBO, WO – laten zien waar deze uitslag toe geleid heeft. De tekstboeken die worden gebruikt aan de universiteiten, komen vooral uit de Angelsaksische wereld, en geven een zwaar vertekend beeld van de economie.

Casus 2: Mededinging

Een tweede voorbeeld betreft de mededingingspolitiek: de Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft neoklassieke economen en juristen in dienst. Er zijn geen economisch sociologen, zodat de Autoriteit niet kan profiteren van hun expertise, ondanks het feit dat ze zich veel bezighouden met het fenomeen ‘marktwerking’. De onderwijsprogramma’s in Nederland bieden geen ruimte om in de micro- en macro-economische blokken aandacht te besteden aan het sociologische perspectief. Dat is een groot gemis, omdat het sociale en politieke mechanisme een grote invloed uitoefent op de marktwerking. De gevolgen voor het beleid zijn groot, en een aanhoudend debat is hier noodzakelijk.

Hoe de KVS hierin een rol kan spelen

In veel gevallen vindt kwaliteitsbewaking plaats door na te gaan of de protocollen zorgvuldig zijn toegepast. In de bovengenoemde gevallen zijn er geen (betrouwbare) procedures, die kwaliteit garanderen. Als voorbeeld voor de eerste casus kan dienen de wijze waarop de inflatie empirisch wordt gemeten. In de periode voor de crisis van 2008 stegen de prijzen van allerlei activa sterk. Toch trok dat weinig de aandacht van de experts, omdat deze stijgingen niet tot uitdrukking worden gebracht in het officiele inflatiecijfer. Mede hierdoor was de Fed van mening dat de Taylor-rule niet behoefde te worden toegepast. Taylor was hier buitengewoon verbolgen over, en wijt de crisis aan deze ‘fout’.

Een voorbeeld voor de tweede casus kan gevonden worden op het terrein van de mededingingspolitiek. Vele financiële micro-economen waren van mening dat er voldoende concurrentie was op de kredietmarkt, waardoor banken gerust failliet konden gaan. Wat ze systematisch over het hoofd zagen, was de enorm gegroeide interdependentie tussen de banken die er toe doen (‘too big to fail’ was een term uit de heterodoxe economie, die nadat de crisis was uitgebroken, veel gebruikt werd door de experts – maar dat hadden ze niet voorzien).

Het noodzakelijke vertrouwen in de expert is ernstig geschaad. Dit betekent dat de KVS dit vertrouwen alleen kan terugwinnen door over een lange periode activiteiten te organiseren, waarin het adagium “laat duizend bloemen bloeien” tot uitdrukking wordt gebracht. De diversiteit zal dan niet alleen gaan over onderwerpen en perspectieven. Ook moet bekeken worden of er voldoende diversiteit in paradigma’s en daaruit afgeleide analyses bestaat. Niet alleen grote onderwerpen als ‘de crisis’ hebben die aandacht nodig. Dat geldt ook als het gaat om het vinden van empirische indicatoren van theoretische fenomenen, zoals inflatie, werkloosheid, financieringstekort, winst en loon. Om diversiteit te garanderen, kan de KVS ook samenwerking zoeken met beroepsverenigingen in de buurlanden.

Tot slot

In de loop van de twintigste eeuw heeft de economische wetenschap zijn strategie belangrijk verandert zonder dat de analyse een fundamentele wijziging heeft ondergaan. Dat heeft tot een enorm kwaliteitsverlies geleid. We kunnen veel van heterodoxe economie, economische sociologie en gedragseconomie leren. Omdat hun methodologie gebrekkig is, vormen ze echter geen alternatief voor de bestaande ‘mainstream’. De beste strategie is daarom: ‘laat duizend bloemen bloeien’. Concurrentie en samenwerking is de oplossing, niet rivaliteit en discriminatie. De psychologie leert ons dat het erkennen van eigen gebreken de belangrijkste barrière is naar meer rationaliteit. Van de sociologie leren we dat we graag ons gelijk halen door ons te omringen met gelijkgezinden, en critici de deur te wijzen. Zo blijven we in primitieve cirkels van rivaliteit ronddraaien. Een open geest voor dat wat ‘onzin’ lijkt, is de belangrijkste eigenschap van een wetenschapper. Permanent met elkaar leren in gildeverband is daarbij ontontbeerlijk in onze democratie. Lang leve de economische wetenschap.

Referenties:

Keizer, P., 2008,  “Economen over de kredietcrisis”, Me Judice, jaargang 1, 6 oktober, 2008.

Keizer, P., 2015, Multidisciplinary Economics, A Methodological Account, Oxford: Oxford University
Press.

Keizer, P., 2016, Economie rijker dan tekstboeken laten zien, Me Judice, 6 december 2016.

Keizer, P., 2017a, Hoe de crisis het economische denken verandert; linkse en rechtse dogma’s ontrafeld, Amsterdam: Amsterdam University Press.

Keizer, P., 2017b, A Multidisciplinary-economic Framework of Analysis, Journal of Philosophical Economics, XI (1), 2017.

Te citeren als

Piet Keizer, “Wie bewaakt de kwaliteit van economische adviezen?”, Me Judice, 22 december 2017.

Copyright

De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.

Afbeelding

Afbeelding ‘Monument Thorbecke’ van Roel Wijnants (CC BY-NC 2.0).

Ontvang updates via e-mail