Inleiding
Nobelprijswinnaar Paul Krugman stelde ooit: “Productivity isn’t everything, but, in the long run, it is almost everything”. Dit geldt zeker als je met een krimpende beroepsbevolking het huidige welvaartsniveau wilt handhaven of verhogen. Het is dan ook niet gek dat het Draghi-rapport de noodklok luidde over de groeiende productiviteitskloof tussen Europa en de Verenigde Staten.
Eén van de oorzaken? Een gebrek aan groeigericht ondernemerschap in Europa. Dat laatste staaft Draghi met cijfers over het aantal Europese unicorns, zijnde niet-beursgenoteerde bedrijven met een waardering van meer dan 1 miljard dollar. Dit aantal blijft substantieel achter bij de VS en China[1] (Draghi, 2024). Bijkomend probleem: van de unicorns die er wel in Europa zijn opgericht, verplaatst een aanzienlijk deel hun hoofdkantoor naar de VS (Testa et al., 2022). Draghi zegt dat radicale verandering de enige oplossing is voor Europa. Eén van de nieuwe initiatieven van de Europese Commissie (2025a) om hier invulling aan te geven is de EU Startup and Scaleup Strategy.
Een blinde focus op startups, scale-ups en uiteindelijk unicorns [is] een gemiste kans om een echt Europees antwoord te geven op de door Draghi geschetste uitdagingen.
Deze Europese strategie is een belangrijke stap om de Europese Unie (EU) ondernemender te maken, zeker gezien de wetenschappelijke evidentie over het belang van ondernemerschap voor productiviteitsgroei (Van Praag & Versloot, 2007). Tegelijkertijd is een blinde focus op startups, scale-ups en uiteindelijk unicorns ook een gemiste kans om een echt Europees antwoord te geven op de door Draghi geschetste uitdagingen. Wij pleiten voor een ondernemerschapsbeleid dat begint en eindigt met de Europese waarden die Draghi centraal stelt in zijn rapport: dat is niet alleen welvaart, maar ook gelijkheid, vrijheid, vrede, veiligheid en democratie in een duurzame leefomgeving.[2]
Nauwe en brede welvaart
Productiviteitsgroei is, zeker in een snel vergrijzend Europa, belangrijk om op lange termijn voldoende inkomen te blijven generen. Maar inkomen is niet het enige dat telt voor welvaart: het is een nauwe welvaartsmaat. Een bredere welvaartsmaat heeft oog voor mate waarin mensen het leven kunnen leiden dat ze met reden waarderen (Sen, 1999; Stam, 2022). Daarbij zijn gelijkheid van kansen, vrijheid, vrede en veiligheid van groot belang, en vinden we in Europa ook democratie belangrijk. Kortom, we hechten op de lange termijn niet alleen aan inkomensgroei, maar aan een hogere kwaliteit van leven.
Daarmee wijkt de Europese interpretatie van brede welvaart duidelijk af van die in bijvoorbeeld de VS, waar het aandeelhouderskapitalisme dominanter is. Het streven naar meer unicorns – en in bredere zin het maximaliseren van aandeelhouderswaarde – past naadloos in dat perspectief. Unicorns zijn een extreme uiting van (dynamisch) aandeelhouderskapitalisme, en de VS is daarin met afstand wereldkampioen. Dat is geen toeval: de VS heeft een ondernemerschapsecosysteem dat dit type bedrijvigheid stimuleert. Beperkte bescherming van werknemers, een grote interne markt en veel durfkapitaal vormen de ideale omstandigheden (Herrmann, 2019). Europa kan op punten zeker leren van het Amerikaanse ondernemerschapsecosysteem en het zogenaamde ‘Silicon Valley-model van ondernemerschap’ zorgt inderdaad voor productiviteitsgroei. Tegelijkertijd is het Silicon Valley-model niet zonder schaduwzijden (Audretsch, 2021). Unicorns blijken, ondanks het sprookjesachtige karakter, soms roofdieren te zijn.
Productiviteitsgroei is, zeker in een snel vergrijzend Europa, belangrijk om op lange termijn voldoende inkomen te blijven generen. Maar inkomen is niet het enige dat telt voor welvaart.
Veel unicorns passen blitz scaling strategieën toe om te groeien, waarbij efficiëntie wordt opgeofferd voor snelle groei, om zo snel een dominante positie in een markt te verwerven (Kuratko et al., 2020). Het model van “eerst groeien, dan prijzen verhogen” kan leiden tot monopolieposities en daarmee op lange termijn nadelen hebben, zoals hoge prijzen en minder keuze. Daar komt bovenop dat recente voorbeelden van (voormalig) unicorns laten zien dat snelle groei negatieve effecten kan hebben voor de samenleving: de kosten en baten van snelle groei worden niet gelijk verdeeld over de stakeholders van bedrijven. Zo heeft Airbnb, naast het creëren van beurswaarde en het creëren van inkomen voor verhuurders, ook gezorgd voor serieuze problemen in steden, zoals overtoerisme.
De recente geschiedenis laat bovendien zien dat de oprichters van unicorns soms een dubieuze rol spelen in het democratisch proces. Dat roept fundamentele vragen op over de wenselijkheid van de concentratie van financieel kapitaal bij individuen die dit type bedrijven mogelijk maken. Tenslotte, het streven naar meer unicorns wordt impliciet dan wel expliciet gedreven door aandeelhouderswaarde, waarbij het bijvoorbeeld geen verschil uitmaakt of ondernemers een nieuw type vape op de markt brengen of innovaties die een gezonde levensstijl mogelijk maken.
Naar een Europees ondernemerschapsmodel?
Terug naar Europa: de nieuwe EU Startup and Scaleup Strategy (Europese Commissie 2025a) lijkt het Silicon Valley-model van ondernemerschap te willen navolgen, met haar nadruk op meer financiële waarde van startups en scale-ups. De doelstellingen zijn:
- Meer startups in de EU;
- Meer centaurs (bedrijven met een waarde >100 miljoen euro) in de EU;
- Meer unicorns in de EU;
- Bovenstaande drie moeten in de EU harder groeien dan buiten de EU.
In deze doelstellingen klinkt duidelijk het Amerikaanse perspectief op ondernemerschap door. Dat model biedt ontegenzeggelijk waardevolle lessen, die in de nieuwe EU-strategie terecht worden overgenomen. Zo wordt onder meer ingezet op het verbeteren van de toegang tot de Europese interne markt om het voor startups makkelijker te maken internationaal te opereren. Verder is er terecht aandacht voor het verbeteren van de toegang tot kapitaal, het beschikbaar maken van meer financiering en het aantrekkelijker maken van medewerkersparticipatie. Ook initiatieven zoals het stimuleren van ondernemerschapsonderwijs, het beter benutten van de kennis die wordt ontwikkeld op universiteiten, het versimpelen van het doolhof aan ondersteuningsdiensten en het verminderen van de regeldruk zijn lovenswaardig.
Toch is ons pleidooi om niet slaafs het Amerikaanse ondernemerschapsecosysteem te imiteren, maar oog te houden voor belangrijke Europese waarden. Dat vergt gerichte inzet.
Gerichte inzet op Europese waarden
Generiek ondernemerschapsbeleid kan bijdragen aan ondernemerschap dat bijdraagt aan Europese waarden, maar is niet genoeg. Wij doen twee voorstellen voor gerichte interventies die cruciaal zijn voor het stimuleren van ondernemerschap dat aansluit bij de Europese waarden: betrek startups bij het oplossen van maatschappelijke problemen door als overheid op te treden als klant en zorg voor heldere regelgeving rondom maatschappelijke transities.
Voorstel 1: De overheid als klant
De overheid bestaat uit tal van organisaties die tal van diensten en producten inkopen. Denk aan ministeries, Rijkswaterstaat, maar ook aan semipublieke organisaties als universiteiten, ziekenhuizen en woningcorporaties. Via publieke inkoop is de Nederlandse overheid verantwoordelijk voor maar liefst 10 tot 20 procent van het Nederlandse BBP (OECD, 2023; Social Enterprise NL, 2025). Deze aanzienlijke inkoopkracht wordt echter nog maar beperkt ingezet om ondernemerschap te stimuleren. In Europees opzicht scoort Nederland zelfs ondermaats (Europese Commissie 2025b).
Zo’n rol voor de overheid als eerste klant van startups is niet nieuw. Zo zijn er al diverse programma’s waarin dit gebeurt. De nadruk in deze programma’s ligt echter vaak op het realiseren van een succesvolle pilot, terwijl de vervolgstap onderbelicht blijft.
Dat is een gemiste kans, want startups kunnen alleen een bijdrage leveren aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen als er ook vraag is naar oplossingen. De overheid is bij uitstek verantwoordelijk voor het aanpakken van maatschappelijke uitdagingen. Door structureel scherpe vragen te articuleren rondom maatschappelijke uitdagingen kunnen overheden ondernemerschap stimuleren én bijdragen aan oplossingen voor diezelfde uitdagingen.
Zo’n rol voor de overheid als eerste klant van startups is niet nieuw. Zo zijn er al diverse programma’s waarin dit gebeurt, waaronder Startup in Residence of de Innovation Impact Challenge (voorheen SBIR). De nadruk in deze programma’s ligt echter vaak op het realiseren van een succesvolle pilot, terwijl de vervolgstap onderbelicht blijft: het structureel afnemen van oplossingen als terugkerende klant. Een startup heeft weinig aan een voor een pilot ontwikkeld product als er geen vervolgvraag is. Momenteel manifesteren veel overheden zich niet alleen als trage klant, maar dragen ze door een gebrek aan aandacht voor opschaling zorgen ook bij aan het voortbestaan van deze ‘pilot trap’ (Leendertse et al., z.d.). Bijgevolg mijden veel startups de overheid als klant. Zo ontstaat een vicieuze cirkel waarbij startups weinig bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen.
Door recente geopolitieke ontwikkelingen staan vrijheid, vrede en veiligheid hoog op de politieke agenda. Juist daar is een wereld te winnen waar het gaat om inkoopkracht te benutten om ondernemerschap te stimuleren. Zo constateert Draghi (2024) dat 78% van de Europese inkoop van defensiemiddelen niet terechtkomt bij Europese bedrijven. De aankondiging dat de European Innovation Council gaat experimenteren met ‘ARPA-achtige calls’ is een goede eerste stap (Greenacre, 2025).
Voorstel 2: Consistente doelgerichtere regelgeving
Zekerheid over spelregels, zoals wetgeving en informele normen, is belangrijk om lange termijninvesteringen aan te moedigen (Baker et al. 2006 ). Maar deze spelregels dienen in de eerste plaats het publieke belang. Wat ons betreft betekent dat dat wetgeving in de eerste plaats gericht moet zijn op het waarborgen van de eerdergenoemde Europese waarden. De invulling en borging van deze waarden vereist doorlopende aandacht in een onzekere wereld, en regelgeving staat dus ook continu onder druk. Zie hier het spanningsveld van consistente regelgeving en doelgerichte regelgeving.
Het nemen van Europese waarden als uitgangspunt impliceert een genuanceerd beeld van de relatie tussen regelgeving en ondernemerschap. Regelgeving werpt soms onnodige barrières op voor slimme oplossingen van ondernemers, bijvoorbeeld als het gaat om de lange wachttijden voor het toelaten van duurzame gewasbeschermingsmiddelen. Maar regelgeving kan ook een middel zijn om de inzet van ondernemers te richten op maatschappelijke uitdagingen (Tao et al., 2010; Mazzucato, 2016).
Ondernemerschap gericht op Europese waarden zal betekenen dat consistentere en meer doelgerichte, soms zelfs strengere, regelgeving nodig kan zijn. Dergelijke regelgeving biedt maatschappelijk relevante startups kansen om een voet tussen de deur te krijgen. Het stimuleert om naar nieuwe oplossingen te zoeken en juist hier zijn startups goed in. Specifieke regelgeving die de Europese waarden centraal zet is voor maatschappelijk relevante startups dus een stimulans. Hierin is consistente, toekomstbestendige wetgeving belangrijk. Het ontbreken of afzwakken hiervan kan leiden tot tijdelijke markt vacuüms waar maatschappelijk relevante ondernemingen hun verdienmodel in gevaar zien komen of zelfs plots zien verdwijnen.
Ondernemerschap gericht op Europese waarden zal betekenen dat consistentere en meer doelgerichte, soms zelfs strengere, regelgeving nodig kan zijn.
Op Europees vlak zijn het afzwakken van de ESG-directive en de Green Deal hier voorbeelden van. In Nederland is het schipperen rondom de salderingsregel een voorbeeld. Onduidelijkheid en veranderende regels zijn een enorme belemmering gebleken, bijvoorbeeld voor bedrijven in de plasticrecyclingsector of voor startups in de zonnepanelensector waar eind vorig jaar verschillende bedrijven failliet gingen (Hoenders en De Jong, 2024). Voor startups die werken aan maatschappelijke oplossingen waarvoor de marktvraag nog beperkt is, is betrouwbare, consistente en ambitieuze EU-wetgeving dus van groot belang.
Conclusie
Het Draghi-rapport roept existentiële vragen op over de toekomst van ondernemerschap in Europa. De EU Startup and Scaleup Strategy biedt het begin van een antwoord, maar lijkt sterk gebaseerd op het Silicon Valley-model voor ondernemerschap: meer startups, meer scale-ups en meer unicorns. Hoewel dat model ontegenzeggelijk voordelen heeft, komt het ook met een prijs. Ons pleidooi is om een stap terug te doen en de fundamentele vraag te stellen: ‘Wat voor ondernemerschap willen we in Europa?’
Ons antwoord: ondernemerschap dat bijdraagt aan de Europese waarden welvaart, gelijkheid, vrijheid, vrede, veiligheid en democratie in een duurzame leefomgeving. Het beschermen van deze waarden is geen vanzelfsprekendheid. Ze vragen voortdurend om aandacht, ook binnen het ondernemerschapsbeleid.
Dat vraagt om beleid dat verder kijkt dan het aantal startups alleen en oog heeft voor de maatschappelijke relevantie van startups, scale-ups en zelfs unicorns. De no regret-maatregelen die in de EU-strategie benoemd om het ondernemingsklimaat te versterken zijn daarbij cruciaal, maar niet voldoende. Overheden moeten daarnaast optreden als klant, zodat startups de kans krijgen om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken, en zorgen voor consistente – en waar nodig strengere – regelgeving rondom maatschappelijke thema’s.
Voetnoten
[1] In relatieve zin, aantal unicorns per capita, heeft de EU juist China recent ingehaald; zie Vogelaar & Stam (2025)
[2] Zie het voorwoord van het Draghi (2024) rapport.
Referenties
Audretsch, D. B. (2021). Have we oversold the Silicon Valley model of entrepreneurship? Small Business Economics, 56(2), 849–856.
Baker, S. R., Bloom, N., & Davis, S. J. (2016). Measuring economic policy uncertainty. The Quarterly Journal of Economics, 131(4), 1593-1636.
Draghi, M. (2024). The Draghi report: A competitiveness strategy for Europe. European Commission.
Europese Commissie (2025a). EU Startup and Scaleup Strategy. Europese Commissie.
Europese Commissie (2025b), European Innovation Scoreboard 2025. Europese Commissie.
Greenacre, M. (2025, 24 juli). EIC to pilot ARPA‑style challenges in 2026. Science|Business.
Herrmann, A. M. (2019). A plea for varieties of entrepreneurship. Small Business Economics, 52(2), 331–343.
Hoenders, J., & de Jong, G. (2024, 3 december). Dit jaar al vijf plastic recyclingbedrijven failliet, afvalsector wil daarom dat kabinet te hulp schiet. EenVandaag.
Kuratko, D. F., Holt, H. L., & Neubert, E. (2020). Blitzscaling: The good, the bad, and the ugly. Business Horizons, 63(1), 109–119.
Leendertse, J., Smit, H., Wamelink, H., & Hermans, M. (z.d.). The pilot trap: Interactions between sustainable start-ups and clients in the built environment. ARCOM conference paper.
Mazzucato, M. (2016). From market fixing to market-creating: A new framework for innovation policy. Industry and Innovation, 23(2), 140–156.
OECD. (2023, 30 juni). Government at a Glance 2023: The Netherlands. OECD Publishing.
Sen, A. K. (1999). Development as freedom. Oxford University Press.
Social Enterprise NL (2025). Publieke inkoop: nog een wereld te winnen.
Stam, E. (2022). Theorieën van de onderneming. De winst van een dynamische brede welvaartsbenadering. Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid: Den Haag.
Tao, L., Garnsey, E., Probert, D., & Ridgman, T. (2010). Innovation as response to emissions legislation: revisiting the automotive catalytic converter at Johnson Matthey. R&d Management, 40(2), 154-168.
Testa, G., Compañó, R., Correia, A., & Rückert, E. (2022). In search of EU unicorns: What do we know about them? Joint Research Centre.
Van Praag, C. M., & Versloot, P. H. (2007). What is the value of entrepreneurship? A review of recent research. Small Business Economics, 29(4), 351–382.
Vogelaar, J.J. & Stam, E. (2025) Unicorns: from Silicon Valley to a Global Phenomenon? In: Finchelstein; D., García Duque, J. and Andonova, V. (eds) Unicorns from Emerging Markets: Creating Value through Technology and Innovation. Cambridge University Press.